Okay, de woordgrap is al vaker gemaakt, maar hij blijft wel leuk.
Drie jaar op rij Luik - Bastenaken - luik winnen is in de 120-jarige geschiedenis nog maar drie renners gelukt.
De eerste triple werd meteen maar neergezet door een pionier: Léon Houa.
Deze Belgische coureur was de winnaar van de allereerste editie in 1892, van een peloton met 32 renners.
La Doyenne begon in die dagen als een amateurkoers, maar dat deed niet af aan de prestaties in die dagen.
Het aantal beklimmingen zullen lager zijn geweest dan 120 jaar later, maar de fietsen waren uiteraard nog van die logge bakbeesten met één versnelling.
Daarmee deed Houa de 250 kilometer toch in minder dan 11 uur en de twee in de wedstrijd volgde op 22 minuten en dit deed hij een jaar later dunnetjes over door de naaste concurrenten op meer dan een half uur te rijden.
Toen Houa de eerste edities had gewonnen werd de koers in 1894 opgewaardeerd tot een profwedstrijd.
Dit maakte voor de Belg geen verschil: ook in dit veld was hij dat jaar de sterkste.
Het is dat na 1894 een gat zit tot 1908, anders had Houa misschien wel meer zeges op zijn naam geschreven.
Opvolging van zijn prestatie kon eigenlijk door maar één man gedaan worden.
De voor de hand liggende naam luidt Eddy Merckx..
Kannibaal Merckx won sowieso al vijf keer, zoals bijna elke grote koers en een hegemonie van 7 jaar werd alleen voorkomen door Georges Pintes (1974) en de tot voor kort de enige met een Parijs - Roubaix kwartet op zijn naam hebbende Roger de Vlaeminck (1970)
Bij het laatste trio kwam ook wat geluk van pas, hoewel deze man niet de minste was.
Moreno Argentin had in 1985 en 1986 getoond dat hij de allersterkste was in de Doyenne, maar in 1987 leek hij geklopt.
In de finale zijn Stephen Roche en Claude Criquielion hem voor, ze hebben een riante voorsprong als ze Luik binnenrijden.
Maar wat er dan gebeurt...
Een filmpje vind je bij de buren
Of hier, bij het eerste verhaal
Geen opmerkingen:
Een reactie posten